Compound

compound

De samengestelde (= compound) boog maakt gebruik van een systeem van kabels en katrollen om de latten (werparmen) te buigen. De compoundboog is in 1967 ontwikkeld door de Amerikaan Holless Wilbur Allen. De compoundboog is een ‘hightech’ boog met katrollen zodat de pees bij geringere booglengte toch ver kan worden uitgetrokken. Vrijwel altijd is de constructie zodanig dat er tijdens het uitrekken een krachtmaximum (piek) gepasseerd wordt, waardoor de kracht die nodig is bij het richten, tot 75% lager is dan de kracht die nodig is om de boog uit te trekken.


Bouw

Het centrale stuk van een compoundboog wordt meestal gemaakt van aluminium of magnesium. De latten van een compoundboog zijn stijver dan van een longbow of recurveboog, waardoor de energie van de boog beter gebruikt kan worden. Door het gebruik van de katrollen aan het eind van de latten wordt een pijl 1,5 tot 2 keer sneller afgeschoten dan met een recurveboog. De trekkracht van de latten varieert van circa 40 tot 80 pond. Op het middenstuk kunnen eventueel accessoires als een vizier en stabilisators worden geplaatst. De compoundboog wordt naast de recurveboog gebruikt op (inter-)nationale wedstrijden als het Europees Kampioenschap. Op de Aziatische Spelen en de Olympische Spelen is alleen de recurveboog toegestaan. Wel is de compoundboog op de Paralympische Spelen toegestaan.